Je hoort het vaak: “Duitse auto’s zijn duur, maar je krijgt er kwaliteit voor terug.” Toch blijkt dat niet de belangrijkste reden voor de hoge prijzen. Het zijn de Duitse loonkosten die een flinke stempel drukken op de verkoopprijs. En dat kan de Duitse automerken nog weleens flink in de problemen brengen.
Waarom kost een Duitse auto zoveel?
Een recent onderzoek van adviesbureau Oliver Wyman laat zien dat Duitse autofabrikanten de hoogste loonkosten ter wereld hebben. Per auto geven ze gemiddeld € 3.050 uit aan lonen, pensioenen en andere personeelskosten. Dat is meer dan twee keer zoveel als in de Verenigde Staten, waar deze kosten € 1.207 per auto bedragen.
Productie verhuist steeds vaker naar het buitenland
Het is dan ook niet verwonderlijk dat Duitse merken als BMW en Mercedes steeds meer auto’s in het buitenland maken. BMW bouwt bijvoorbeeld veel van zijn SUV’s in South-Carolina in Amerika. Ook Mercedes heeft een grote fabriek in Alabama waar verschillende SUV-modellen van de band rollen.
China is nóg goedkoper
Maar zelfs Amerika is duur vergeleken met China. Daar kost het bouwen van een auto qua arbeidskosten maar € 540. In sommige gevallen kan het verschil in productiekosten tussen Duitsland en China oplopen tot wel € 7.220 per auto. Dat is een enorm verschil dat Duitse automerken steeds moeilijker kunnen negeren.
Wat betekent dit voor de toekomst?
Experts maken zich zorgen over de toekomst van de Duitse auto-industrie. Fabian Brandt van Oliver Wyman waarschuwt dat als de productieaantallen in Duitsland blijven dalen, veel toeleveranciers mogelijk moeten stoppen. Dit kan grote gevolgen hebben voor de hele Duitse auto-industrie.
Voorlopig blijven Duitse auto’s dus relatief duur, niet zozeer vanwege de spreekwoordelijke Duitse kwaliteit, maar vooral door de hoge loonkosten. Als je een nieuwe auto zoekt en prijs een belangrijke rol speelt, is het goed om te weten dat je bij andere merken soms meer waar voor je geld kunt krijgen.