AutoTrack zocht uit hoe jij en je baby comfortabel en veilig op weg kunnen.

1. Doe de veiligheidsgordel om

Gebruik ALTIJD de veiligheidsgordel; zwanger of niet, het dragen van de gordel is verplicht. De gordel vormt geen gevaar voor je kind en zorgt voor jullie veiligheid. Wel moet je de autogordel op de juiste manier dragen tijdens je zwangerschap. De heupgordel moet, de naam zegt het zelf, ter hoogte van je heupen zitten. Hij mag dus zeker niet dwars over je buik lopen. De borstgordel gaat tussen je borsten door naar de zijkant van je buik. Ook hier is het belangrijk om de borstgordel niet over je buik te laten lopen.

2. Comfortabel…maar niet heus!

Hoe dikker je buik, hoe meer ongemakken; zorg daarom voor regelmatige pauzes om even je benen te strekken. Je buik gaat steeds meer in de weg zitten, pas daarom ook regelmatig de stand van je stoel aan. Let wel, wanneer je de stoel verder naar achteren zet, worden stuur en pedalen al gauw minder goed bereikbaar. Vergeet ook niet om alle spiegels op je nieuwe rijpositie aan te passen. Het is allemaal best wel te doen, al biedt het rijden met een automaat in dit geval grote voordelen.

3. Spiegeltje… spiegeltje

Hoe boller je buik, hoe lastiger om lekker te bewegen in je auto. Je zal dus meer op je spiegels moeten rijden, een kunst die helaas niet altijd iedereen beheerst. Begin dus op tijd met het oefenen van achteruit rijden op je spiegels en het inparkeren op je spiegels. Parkeer zo mogelijk op zo een manier, dat je dit niet hoeft te doen. Of beter: laat je partner het 'zware' werk doen!

4. Weet wanneer je moet stoppen

Het wordt afgeraden om in de laatste maand van je zwangerschap nog zelf achter het stuur te krijgen. Zo wordt het vruchtwater in die laatste maand minder en is je baby dus niet meer zo goed beschermd in geval van een ongeluk. Maar je wil ook niet midden op de snelweg opeens een harde buik of wee krijgen. Laat je dus die laatste maand lekker rijden!