Jaguar I-Pace

Toen Jaguar de elektrische I-Pace in 2018 introduceerde, won de auto de ene prijs na de andere. Hij wist het in 2019 zelfs te schoppen tot World Car of The Year, een belangrijke award voor nieuwe auto’s. Dat is niet vreemd, want Jaguar kwam als één van de eerste automerken met een volwaardige elektrische auto waarmee het concurrenten als de Audi e-Tron en Mercedes-Benz EQC te snel af was. Ook voor zijn design en interieur is de auto bekroond.

In Nederland blijkt de I-Pace meteen een hit: eind 2018 behoorde de Engelse auto zelfs tot de best verkochte modellen. Dat had veel te maken met de lage bijtelling voor zakelijke rijders: ondanks de relatief hoge aanschafprijs betaal je weinig belasting voor een I-Pace. Dat zorgde ervoor dat de strak gelijnde crossover (de I-Pace houdt het midden tussen een stationwagen en een SUV, ofwel een semi-terreinauto) veel eigenaren blij wist te maken en goed scoorde in de verkooplijsten. De E-Pace en F-Pace, vergelijkbare Jaguar-modellen zónder elektromotoren, zijn een stuk minder succesvol.

Van de I-Pace bestaat maar één carrosserieversie: in alle gevallen krijg je een ruime elektrische auto met vijf deuren, redelijk wat plek voor vijf personen en een prima bruikbare 656 liter aan bagageruimte. Wat past hier dan allemaal in? Je neemt gemakkelijk twee grote en een kleine koffer mee en ook een kinderwagen met twee weekendtassen passen er in. Ook technisch zijn alle exemplaren gelijk: elke I-Pace heeft een accupakket met een capaciteit van 90 kilowattuur, waarmee hij in theorie 470 kilometer ver mee komt. In de praktijk blijkt de Jaguar wat onzuiniger dan gemiddeld: onder – voor elektrische auto’s – matige omstandigheden (bijvoorbeeld bij kou, dan presteren de batterijen minder goed) moet je eerder rekenen op 280 kilometer per laadbeurt. Het laden gaat bovendien niet altijd even snel, met een thuislader van 7 kW duurt het tien uur voordat de accu’s weer vol zijn. Er zijn concurrenten die dat beter voor elkaar hebben. Bedenk dus goed hoeveel kilometer je gemiddeld rijdt voordat je definitief kiest.

Vóór en achter het accupakket zitten in totaal twee elektromotoren; eentje tussen de voorwielen, eentje tussen de achterwielen. Daardoor heeft de I-Pace vierwielaandrijving, waarmee hij verrassend ver komt op en slechte ondergrond of in ruig terrein. De motoren zijn bovendien behoorlijk sterk: samen leveren ze een totaalvermogen van bijna 400 paardenkrachten (295 kW). Dat maakt de Jaguar ronduit snel: vanuit stilstand trekt hij in 4,8 seconden op naar 100 kilometer per uur.