Mercedes-Benz A-klasse

Laten we beginnen met de meest praktische kant van de Mercedes-Benz A-klasse. Deze auto neemt nog altijd de minste ruimte van een Mercedes showroom in want dit is nog altijd het meest compacte model waarop een Mercedes-ster is gemonteerd. Het maakt in dat opzicht niet uit of je het eerste model uit 1997 of een model van de derde generatie kiest. Wat dat betreft lukt het Mercedes niet om de koosnaam “Baby Benz” van zich af te schudden.

Desondanks zit er wél een groot verschil tussen een Mercedes-Benz A-klasse uit de genoemde productiejaren. De eerste twee generaties van de Mercedes-Benz A-klasse zijn MPV (multi purpose vehicle) modellen met een hoge vormgeving zowel aan de voor- als aan de achterkant. De derde generatie is een hatchback model, een schuin aflopend model waarbij de bagageruimte geen afzonderlijke ruimte is. Met dit nieuwe koetswerk werd echter géén ruimte gewonnen.

We kunnen kort zijn over het rijgedrag van de Mercedes-Benz A-klasse. Deze voorwielaandrijver brengt je comfortabel en op de meest adequate manier naar je bestemming. Dit gaat ook op een veilige manier want deze auto beschikt over alle veiligheidsvoorzieningen die je maar kunt bedenken. De stabiliteit van de auto is prima en op de besturing is niets aan te merken.

De lichtste motorvariant sluit niet helemaal aan op het toch wel sportieve karakter van de auto en kan wat lui overkomen. Dit merk je vooral in het stadsverkeer bij ad hoc situaties. Op de snelweg is dit niet het geval en heb je al snel de indruk dat je niet in een Mercedes-Benz A-klasse zit maar in een C-klasse. Een “volwassene Baby Benz” dus.